Ik voel de vrieskou kraken
op mijn rillend lijf
Ik lig verstijfd
tot mijn bed
ontdooit
De verwarming poogt
een bijdrage te leveren
en haar warmte omsluit mijn ziel
Dan daal ik af in de nacht
waar grotten de mystiek openen
en illusie mijn geleide wordt
Tot de ochtend wederkeert
want dan is de koude weer een feit